Een meisje en twee jongens

Een meisje en twee jongens

Een meisje en twee jongens

Lange tijd bezocht ik Jan en Sina. Als ik beneden op de bel van de intercom duwde hoorde ik steevast de vrolijke stem van Jan: Ha Rianne, kom d'r in! Verhalen over vroeger voerden vaak de boventoon. Sina vertelde keer op keer over haar jeugd in het Westen, over hoe ze opgroeide tussen de bollenvelden. Jan praatte graag over zijn jarenlang lidmaatschap van de tamboerclub en genoot van mijn verhalen over hoe ik als majorette door de straten van mijn geboortedorp paradeerde. In mijn contacten met cliënten geef ik graag een stukje van mezelf. Soms een beetje meer, soms wat minder. Jan en Sina weten dat ik moeder ben en vragen altijd vol interesse naar hoe het met ze gaat. Sina heeft wat meer moeite met onthouden hoe het ook alweer zit, maar heeft zo haar maniertjes om dat wat te verdoezelen. "Hoe is het met de kindjes? Drie he? Een meisje en twee jongens he?"

Sina heeft helaas bezoek gekregen van Ome Alzheimer, zoals ze hem gekscherend noemt. Ondanks dat ze er zelf niet veel last van heeft, merken we wel dat ze wat achteruitgaat. Eerst met wat kleine stapjes, maar helaas worden die stappen steeds groter.

Maar iedere keer als ik even langskom, is ze even vriendelijk en vrolijk en vraagt dan: "Hoe is het met de kindjes? Drie he? Een meisje en twee jongens he?"

Sina wordt onrustiger, vooral 's nachts is ze met van alles in de weer. Voor haar man wordt het steeds zwaarder en hij geeft uiteindelijk aan dat hij het niet meer langer volhoudt. Ik vind het ontroerend hoe ze zelf ook aanvoelt dat het niet meer lukt thuis, haar Jan aankijkt en zegt: "Lieverd, we zijn nu maar aan het overleven en hopelijk kunnen we straks weer gaan leven!"

In goed overleg met Sina zoeken we een fijne woonplek voor haar en kan ze op heel korte termijn verhuizen naar een verpleeghuis in haar eigen woonplaats. Ze settelt snel en is blij dat Jan haar dagelijks komt opzoeken.

Mijn betrokkenheid stopt zodra iemand wordt opgenomen in een verpleeghuis. Soms werken we daar langzaamaan naar toe, maar soms is dat vrij abrupt zoals in dit geval. Ik probeer er een goede gewoonte van te maken om iemand nog één keer te bezoeken tijdens opname in het verpleeghuis. Met Jan heb ik een afspraak gemaakt om samen bij zijn vrouw langs te gaan. Jan vertelt dat Sina toch wel hard achteruitgaat momenteel. Ze tobt met haar lichamelijke gezondheid, ze is wat meer verward en emotioneel.

Ik schrik dan ook als ik haar door haar kamer zie schuifelen. Ze loopt gebogen, lijkt behoorlijk afgevallen en in haar ogen zie ik dat ze ver weg is in haar gedachten. Ze kijkt over haar brillenglazen heen, staart me aan en na een tijdje volgt een keurige: "Dag mejuffrouw, ik ken u niet. Hoe maakt u het?"

Au. Hoewel ik wel beter weet, had ik toch stiekem gehoopt dat ze me nog zou kennen. Ome Alzheimer heeft helaas niet stilgezeten.
We drinken samen een kopje thee en Sina vertelt over de buurman die in zijn onderbroek over de gang loopt en over het lekkere eten wat ze voor haar maken. Ze excuseert zich dat ze me niet meer kent, terwijl ik wel de moeite neem om haar op te zoeken. Sina vraagt zich af of ik soms vroeger met haar opgegroeid ben tussen de bollenvelden. Ze neemt een paar slokjes thee en vertelt dat ze zo fantastisch lekker eten koken hier. En of ze al verteld had dat haar buurman in zijn onderbroek over de gangen rent?

Bij het afscheid nemen hurk ik neer bij Sina en zeg haar gedag. Ze aait over mijn wang en zegt wat lieve woorden.
Dan opeens kijkt ze me recht aan en zegt: "Hé meid, vertel jij nou eens. Hoe is het met de kindjes? Drie he? Een meisje en twee jongens he?"

Zorg verdient waardering

www.leliezorggroep.nl

Waardeer mij

0900 22 44 777

Vragen? Advies nodig?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.